Lasnekflenzenzijn het meest populaire flenstype met een nekverlenging met een lasafschuining aan het uiteinde. Dit type flens is ontworpen om direct aan de buis te stompen, waardoor een superieure en relatief natuurlijke vormverbinding ontstaat. Bij grotere maten en hogere drukklassen wordt vrijwel uitsluitend dit type flensverbinding toegepast. Als er in moderne toepassingen maar één geboorde flensstijl zou bestaan, zou de lasnek uw favoriete flens zijn.
De lasafschuining sluit aan op een buisuiteinde met een vergelijkbare afschuining in een V-type verbinding, waardoor een uniforme cirkelvormige las rond de omtrek mogelijk is om een uniforme overgang te vormen. Hierdoor kan het gas of de vloeistof in het leidingsamenstel met minimale beperking door de flensverbinding stromen. Deze schuine lasverbinding wordt na de lasprocedure geïnspecteerd om er zeker van te zijn dat de afdichting uniform is en geen afwijkingen vertoont.
Het andere opvallende kenmerk van de lasnekflens is de taps toelopende naaf. Dit type verbinding zorgt voor een meer geleidelijke verdeling van de drukkrachten langs de overgang van de buis naar de basis van de flens, waardoor een deel van de schokken van gebruik in een bedrijfsomgeving met hogere druk en hogere temperaturen wordt opgevangen. De mechanische spanningen zijn beperkt gezien het extra staalmateriaal langs de naafovergang.
Omdat hogere drukklassen dit type flensverbinding bijna uitsluitend vereisen, worden lasnekflenzen vaak gemaakt met een ringvormige verbindingslaag (ook wel bekend als RTJ-vlak). Dit afdichtingsoppervlak maakt het mogelijk dat een metalen pakking tussen de groeven van beide verbindingsflenzen wordt verpletterd om een superieure afdichting te vormen en een aanvulling te vormen op de zeer sterke lasafschuining met de onder druk staande pijpconstructie. Een RTJ-lasnek met een metalen pakkingverbinding is de eerste keuze voor kritische toepassingen.
Posttijd: 21 december 2021